Sinds 2002 worden er in Vlaanderen elk jaar opnieuw meer flats dan huizen vergund, en vanaf 2016 evolueerde de verhouding naar meer dan 60 % voor flats tegenover minder dan 40 % voor huizen. Ook in 2018 wonnen flats het pleit, met een aandeel van 63 % in de eerste tien maanden van het jaar. Op basis van deze evolutie voorspelt de VCB dat de flat vanaf 2022 het meest voorkomende woningtype in Vlaanderen zal worden. Een trend die overigens aansluit bij de demografische realiteit, want ook het aantal eenpersoonsgezinnen en koppels zonder kinderen neemt toe.
Ondanks de forse stijging van het totale aantal nieuwe wooneenheden in 2018 bleef de toename van het aantal vergunde nieuwe huizen relatief beperkt. Het aantal vergunde flats steeg van circa 16.000 in 2011 naar meer dan 31.000 in 2018. Het aantal vergunde huizen is in deze periode stabiel gebleven en bleef schommelen rond 15.000 per jaar, met een stijging tot bijna 18.000 in 2018. De opstoot van toegekende vergunningen in 2018 had in belangrijke mate te maken met de piek van vergunningsaanvragen eind 2017, om te ontsnappen aan de strengere energie-eisen (S- en E-peil) vanaf begin 2018.
Uit Europese cijfers van 2015 blijkt dat België op het vlak van open bebouwing (viergevelwoning) helemaal geen Europees kampioen is, maar eerder een middenmoter. Slechts vijf Europese landen beschikken over een kleiner aandeel appartementsbouw, terwijl een dertigtal Europese landen meer appartementen tellen dan ons land. België bestond in 2015 wel voor een relatief groot aandeel uit halfopen en gesloten bebouwing (driegevel- en rijwoningen): circa 35 % tegenover 52 % in Ierland en 60 % in het Verenigd Koninkrijk en in Nederland, een land dat toch vaak uitgeroepen wordt tot verdichtingskam-pioen. Het Europees gemiddelde voor de halfopen en gesloten bebouwing bedroeg toen slechts 24 %.
Maar intussen zijn de gesloten en halfopen woningen in Vlaanderen blijkbaar op de terugweg. Vooral het aandeel van gesloten woningen neemt sterk af (sinds 2001 met ongeveer 4 %). Het beperkte aandeel van halfopen woningen daalt slechts lichtjes. Als de tendens van de laatste jaren zich doorzet, worden flats vanaf 2022 het meest voorkomende woningtype in Vlaanderen. De VCB voorspelt dat de appartementen in 2024 een aandeel van 30 % zullen vertegenwoordigen, tegenover 29 % voor open, 21 % voor gesloten en 19 % voor halfopen woningen.
Het is daarentegen wel opvallend dat het aandeel van de appartementsbouw (in de nieuwbouw-vergunningen) in Nederland vanaf 2015 opnieuw afneemt. Het lijkt erop dat de appartementsbouw er zijn limieten bereikt heeft.
Op basis van de bouwvergunningen die de laatste zes jaar (van 2013 tot 2018) werden toegekend, blijken de Vlaamse gemeenten die het grootste aandeel halfopen en gesloten nieuwe woningen goedkeuren (27 % en meer) niet de dertien centrumsteden en evenmin de kustgemeenten te zijn. In die steden ligt het aandeel toegekende halfopen bebouwing steeds onder de 27 % en is de appartementsbouw sterk vertegenwoordigd. Vaker gaat het bij halfopen en gesloten nieuwe woningen om gemeenten in het buitengebied, zij het minder in de Kempen en het noorden van Limburg omdat de open bebouwing daar dan weer sterk staat.
De groei van het aantal en het aandeel van flatgebouwen beantwoordt aan een demografische vraag. Die wordt gekenmerkt door een stijging van het aantal eenpersoonshuishoudens en koppels zonder kinderen. Volgens de recentste bevolkingsprognose van het federale Planbureau zal het aantal eenpersoonsgezinnen tegen 2030 met bijna 150.000 (of 16 %) en het aantal koppels zonder kinderen met iets meer dan 75.000 (of 10 %) toenemen. Tegelijk zal het aantal gezinnen met kinderen met circa 45.000 (of 6 %) afnemen.
Vooral alleenstaanden hebben het financieel moeilijker om een eigen woning met een groter stuk grond te verwerven. Vandaar dat zij eerder hun toevlucht nemen tot een flat of een rij- of hoekwoning dan tot een villa met een (grotere) tuin. In hun verkavelingen bieden de woning-bouwers in belangrijke mate gesloten en halfopen nieuwbouwhuizen aan. Open bebouwing komt nog zelden voor op verkavelingen.
Dergelijke verkavelingen met rij- en halfopen bebouwing dragen bij tot de ruimtelijke verdichting, zoals Nederland heeft bewezen. Voor de opvang van de bijkomende bevolkingsgroei vervult de appartementsbouw een cruciale rol. Maar om tot leefbare wijken te komen, vormen gesloten en halfopen woningen een belangrijke aanvulling. Beide woontypes moeten kansen krijgen, zij het zonder dat de overheid dit lineair kan opleggen voor alle projecten. Locatie en marktvraag zullen telkens bepalen welk woningtype het best past.