Op campus Arenberg III, gelegen tussen de imec-site en gebouw 200A van het departement Computerwetenschappen van de KU Leuven, verrees onlangs een nieuw parkeergebouw. Geen doordeweeks volume waarvan de ruwbouw meteen ook als afwerking fungeert, maar een architecturaal hoogstaande realisatie met een atypische structuur en een verfijnde uitstraling. Bovendien functioneert het strakke complex volledig energieneutraal dankzij de fotovoltaïsche panelen op het dak.
Parkeren is niet altijd evident in een drukke universiteitsstad. Imec en KU Leuven sloegen de handen in elkaar en investeerden samen in de bouw van een gezamenlijk parkeercomplex. Het werd een markant volume met acht bouwlagen en een capaciteit van 740 plaatsen, waarvan twee derde is voorbehouden voor imec en een derde voor de KU Leuven. Om het geheel een energiezuinig karakter te kunnen geven, opteerde Stéphane Beel Architects voor een garage met een open structuur. Het verbruik van de verplichte hellingbaanverwarming weegt immers niet op tegen dat van ventilatiesystemen in een gesloten constructie. Bovendien leveren 850 m² fotovoltaïsche panelen op het dak alle benodigde elektriciteit voor de werking van de hellingbaanverwarming (enkel operationeel bij vriestemperaturen), de verlichting, de liften en het parkeerbegeleidingssysteem. Dit laatste dirigeert bestuurders snel naar vrije plaatsen door middel van sensoren aan het plafond en houdt eveneens rekening met de maximale bezettingsgraad voor beide gebruikersgroepen.
Eén verdieping per drie weken
Anders dan heel wat andere parkeergarages, die vaak volledig worden opgebouwd uit (prefab)beton, bestaat het energieneutrale parkeercomplex van imec en KU Leuven uit een staalstructuur met samengestelde I-liggers en gewapende staalplaat-betonvloeren. Een bewuste keuze met het oog op een elegante uitstraling en een reductie van de belasting op de dragende kolommen en de fundering. Aannemer Cordeel stelde een specifieke planning op om het parkeergebouw zo snel mogelijk te kunnen realiseren. “De bouwheer had ons een zeer korte uitvoeringstermijn opgelegd, dus we hebben onze werkwijze geoptimaliseerd in functie van het ontwerp”, vertelt projectleider Kurt Geris. “Allereerst hebben we de draagconstructie van de onderste drie verdiepingen gemonteerd, waarna een onderaannemer de tussenliggende geprofileerde staalplaten heeft geplaatst. Vervolgens hebben we er zowel de wapening als de technieken in geïntegreerd en hebben we ze volgegoten met beton. In de lengte was het gebouw opgedeeld in drie stukken – door middel van twee tussenliggende uitzettingsvoegen – zodat we het complex trapsgewijs konden opbouwen. Terwijl we aan de ene kant van een voeg beton aan het storten waren, konden we aan de andere kant alvast starten met de montage van de staalstructuur. Elke week hebben we minstens één vloerveld gestort, wat maakte dat er om de drie weken een nieuwe verdieping klaar was.”
Piekfijne afwerking
Gezien de korte uitvoeringstermijn en het atypische ontwerp was de realisatie van het nieuwe parkeergebouw geen alledaagse klus. “Het project bracht inderdaad enkele specifieke uitdagingen met zich mee”, bevestigt Kurt Geris. “Vermits we alle benodigde technieken voor het betonneren in de staalplaat-betonvloeren moesten verwerken, waren fouten uit den boze.
Voorts moesten we in logistiek opzicht rekening houden met de toegankelijkheid van de aanpalende universiteitscampus. Bovendien wilde de architect het parkeergebouw een architecturale dimensie geven, en dus dienden we het geheel piekfijn af te werken. De randbalken zijn bijvoorbeeld uitgevoerd in beton en bekleed met een wit plaatmateriaal, wat in combinatie met de witte staalelementen en de slanke zwarte leuningen een strakke uitstraling oplevert. Het was een enorm voordeel dat we – op het plaatsen van de tussenvloeren na – alles in eigen beheer konden uitvoeren. We hebben niet alleen de staalconstructie, maar ook de stijve betonkernen geprefabriceerd. Zo konden we de planning zeer goed onder controle houden. Uiteindelijk hebben we slechts een jaar nodig gehad om het parkeergebouw op te trekken. Het resultaat mag er wezen!”