Tim Van Laere Gallery verhuisde dit voorjaar van de Antwerpse museumbuurt naar Nieuw Zuid. Een project dat sterk bijdraagt tot de culturele uitstraling van de nieuwe wijk, temeer omdat de kunstgalerij is ondergebracht in een kenmerkend gebouw.
De belangrijkste motivatie voor de verhuis was het gebrek aan ruimte in het bestaande pand aan de Verlatstraat. Dit beperkte de ambities van Tim Van Laere om samen te werken met internationaal vermaarde kunstenaars, die grote werken en installaties willen opstellen.
De nieuwe galerij heeft een totale oppervlakte van circa 1.000 m². Daarmee is ze een van de grootste in België. Ze bevindt zich langs de centrale promenade van de wijk en bestaat uit vijf zones, waarvan er drie fungeren als expositieruimte. In elk ervan kan je kunst op een andere manier ervaren.
Het complex is opgevat als een samenstelling van vijf volumes, die elk een opening hebben aan de straatkant. De openingen worden extra geaccentueerd door de eenvoudige poortluiken, die de gevel animeren. Die eenvoudige opzet maakt de gevel heel leesbaar. Het gebouw toont letterlijk zijn gezicht aan de straat – het is een uitnodigend geheel. Noordelijk gerichte sheddaken zorgen binnen voor de ideale belichting van de kunstwerken – uiteraard de eerste vereiste voor een galerij.
Vanaf de straat oogt het complex vrij gesloten. Maar dat is slechts schijn. “Door de sheddaken kan het zachte noorderlicht volop binnenschijnen”, legt architect David Van Severen uit. “Belangrijk voor een artistieke expositieruimte is de beschikbaarheid van zo veel mogelijk wandoppervlakte.”
Van Severen ziet de vijf volumes als vijf ‘gebouwen’. “Elk volume heeft een specifieke functie. In de eerste doos zijn het archief en de opslagruimte ondergebracht. De tweede is het ‘huis’. Hier bevinden zich het onthaal en de kantoren. Een luifel accentueert de inkom.” Het huis is uitgerust met ruime raampartijen, zodat Van Laere en zijn medewerkers van natuurlijk licht kunnen genieten.
De bredere middenzone, de ‘white cube’, herbergt de eigenlijke galerij. De volgende ruimte kreeg de naam ‘kapel’. Het is eveneens een expositieruimte, maar met een grotere hoogte (8 meter). Een vakwerkligger verdeelt er het dak in twee. Deze vormgeving zorgt voor een andere beleving van de opgestelde kunstwerken.
De vijfde ruimte heeft geen dak. Deze ‘patio’ en het terras boven de opslagruimte zijn voorbehouden voor buitensculpturen.
In vergelijking met de meeste andere gebouwen op Nieuw Zuid is de nieuwe Tim Van Laere Gallery niet hoog. “Dit speelde ook mee in de keuze voor vrij gesloten betonvolumes”, legt de architect uit. “De naburige gebouwen rusten op een zware sokkel. Om aan te sluiten bij de omgeving is het gebouw dan ook uitgewerkt als een plint.”
Wat opvalt, is de vaste maatvoering van het gladde zichtbeton. “Om die maatvastheid te verkrijgen, is het gemakkelijk om te werken met een bekisting in multiplex. Met hout zou je wel een houtnerfpatroon krijgen, maar ook naden zien. Nu is het beton naadloos, met enkel 10 cm brede en 10 cm diepe voegen tussen de vijf gebouwen. Die voegen spelen ook een rol bij de afwatering.” Ken Geudens, projectleider bij Interbuild, wijst op de korte uitvoeringstermijn: “De vergunningsprocedure had veel tijd gekost. De buitenwand, die tevens dienstdoet als gevelafwerking, moest volgens een zeer strak schema gestort worden om op tijd klaar te zijn. Hoe later dit uitgevoerd werd, hoe meer risico we liepen gedurende de vriesperiode. Tegen nieuwjaar 2019 waren onze werken echter afgerond en konden de onderaannemers aan de slag.”
Interbuild trok al flink wat gebouwen op Nieuw Zuid op. “Voor een klasse 8-aannemer als ons was dit een ietwat ongewone opdracht omdat we doorgaans op veel grotere werven actief zijn. Met meer mensen per vierkante meter was het organisatorisch wat hectischer dan gewoonlijk. Ondanks de ogenschijnlijk eenvoudige opbouw is het een vrij gesofisticeerd volume. De architect en Tim Van Laere wilden zo weinig mogelijk stortnaden zien per doos. Vandaar dat we ter plaatse 10 meter hoge en 14 meter brede betonwanden moesten storten. Prefabpanelen met zo’n ruime afmetingen kunnen niet gemaakt en al zeker niet getransporteerd worden. Bovendien had de architect een specifiek raster ontworpen voor de bekistingspanelen, waardoor de volledige buitenwand een grote uitdaging vormde.”