Vanonder de Lierse Zimmertoren helpt dhulst’ al vier generaties lang bedrijven, overheden en particulieren met bouwen. Via de overname door dochter Sophie Dhulst’ twee jaar geleden verschoof het accent – letterlijk – naar de toekomst, naar een bouwwereld in verandering.
Als klein bouwbedrijf heeft dhulst’ zich ontpopt tot een grote speler op het vlak van vernieuwende technieken. “Om mee te zijn met de digitale transitie in de bouwsector kiezen we voluit voor BIM (Building Information Management). Met de REVIT-software verkrijgt de bouwheer een 3D-model van zijn project en kunnen wij de werkvoorbereiding en de prefabfase optimaliseren. Win-win voor beide partijen, dus”, klinkt het. “Daarnaast zijn lean planning en professionele prefabricatie al jaren onderdeel van onze moderne methodiek, waardoor we niet alleen efficiënter, maar ook budget- en milieuvriendelijker kunnen werken.”
“Wij hebben begin dit jaar een sectorcharter ondertekend, waarin we ons engageren voor een actief veiligheidsbeleid. De tijdsdruk om projecten te realiseren is vaak groot, maar dat mag nooit ten koste van de veiligheid op de werf gaan. Afgelopen zomer behaalden we onder impuls van onze nieuwe preventieadviseur nog ons nieuwe VCA-certificaat.”
“Onze succesverhalen worden geschreven door een team van bouwhelden. dhulst’ heeft doorheen de jaren een sterk netwerk van gedreven medewerkers, straffe architecten, onderaannemers en leveranciers opgebouwd. En we komen niet alleen in de uitvoerende fase in beeld. Met ons design and build-concept, waarmee we het voortouw nemen en nauw samenwerken met onder meer de architecten, kunnen we meedenken met alle partijen en nagaan of een plan haalbaar en de uitvoering betaalbaar is.”
“We opereren steevast in een straal van 25 kilometer rond Lier. Dat heeft meerdere voordelen: we verkleinen onze ecologische voetafdruk en vergroten de levenskwaliteit van onze werknemers. In tijden van duurzaamheid, low impact en work-life balance maken we het verschil. Bovendien is deze dicht-bij-huisfilosofie een sterk wapen in de war for talent.”