Platform voor de bouw
DCM, Grobbendonk | Group De Ceuster etaleert

DCM, Grobbendonk | Group De Ceuster etaleert

circulaire aanpak in bedrijfsgebouw

In zijn nieuwe hoofdkwartier in Grobbendonk etaleert Group De Ceuster voluit zijn streven naar een duurzame en circulaire economie. Via De Ceuster Meststoffen (DCM) produceert de groep organische meststoffen op basis van reststromen uit de voedingsindustrie. DCM, waar vandaag de tweede generatie aan het roer staat, is ook Europees marktleider in organische meststoffen.

Voor de bouw van het 2.800 m² grote hoofdkantoor annex congrescentrum deed De Ceuster een beroep op architect Reginald Schellen (www.schellen.be) en bouwbedrijf Van Roey. Dat waren geen onbekenden voor elkaar, want Schellen ontwierp eerder ook al het hoofdkantoor van groep Van Roey in Rijkevorsel. Na het optrekken van de water- en winddichte ruwbouw in Grobbendonk werkten ze als bouwteam samen aan de verdere afwerking. Eef Debeuf stond mee in voor de vormgeving van het interieur en Ludo Dierckx hanteerde de groene pen voor de buitenaanleg.

dcm-render-02-kopieren

Door de integratie van diverse ‘slimme’ technieken kreeg het DCM-gebouw een echt hightechkarakter.

 

Het hoofdkantoor van groep Van Roey was zelf overigens ook een bron van inspiratie, meer bepaald voor de opslag van warmte en koude uit de bodem in de betonmassa van het gebouw. De centrale warmtepomp met een vermogen van 80 kW vormt ook de bron voor een kleinere warmtepomp (20 kW), die instaat voor de bereiding van sanitair warm water. “Met de uit twee bronnen afkomstige bodemwarmte en -koelte kunnen we op lage temperatuur verwarmen”, stelt projectleider Curd Clicteur van hoofdaannemer Van Roey. “Daardoor en dankzij de grote oppervlakte kunnen we de ter plaatse gestorte
vloerplaat van de verdieping gebruiken voor betonkernactivering. Op de begane grond maken we gebruik van traditionele vloerverwarming.”

Beter dan BEN

Het nieuwe DCM-hoofdkantoor is bijna energieneutraal (BEN). Er zijn heel wat hedendaagse duurzame bouwtechnieken in geïntegreerd: slimme, zonlichtgestuurde zonwering met horizontale lamellen, fotovoltaïsche zonnepanelen, daglichtsturing voor de verlichting, doorgedreven isolatie en verwarming en koeling via betonkernactivering. “Eigenlijk hebben we de BEN-normen overtroffen”, zegt Clicteur. “Dat komt onder meer doordat we alle openingen verzorgd hebben afgewerkt met luchtdichte slabben.”

“Het hele gebouw is behoorlijk hightech”, weet de projectleider. “Alle systemen moeten immers met elkaar communiceren. Betonmassa is uiterst inert. Om ze te kunnen gebruiken voor verwarming en koeling moet je het systeem tijdig bijregelen op basis van weersvoorspellingen.”  

dcm-interieur-02-kopieren

De kantoren op de verdiepingen zijn eerder privaat, maar de begane grond heeft een publiek karakter.

 

Groen en glas

Met zijn ontwerp wist architect Schellen de vorm van het perceel maximaal te benutten. Dat resulteerde in een compact driehoekig gebouw met een impressionante glazen zuidgevel en een centraal gelegen terras, die beide een riante natuurlijke lichtinval creëren. De zonwering met horizontale, zonlichtgestuurde
lamellen zorgt ervoor dat het daglicht maximaal binnendringt, terwijl de warmte buiten blijft. De glaspartij legt ook de connectie met het omliggende groen, dat een upgrade kreeg met een waterpartij en aangepaste beplanting.

Aangename werkomgeving

Het ontwerp speelt voluit in op de zuidwestelijke oriëntatie en het aanwezige reliëf. Ingebed in een helling lijkt het gebouw verankerd te zijn in zijn omgeving. De relatie tussen binnen en buiten speelt niet alleen om esthetische redenen een hoofdrol. De Ceuster accentueert hiermee ook dat het actief is in de tuinbouwsector. “Dankzij de centrale driehoekige vide is de vorm van het gebouw overal voelbaar. Absorberende materialen, akoestische plafondeilanden en -lamellen garanderen overal een goede akoestiek”, merkt projectarchitecte Inge Verdoodt op. Op de verdieping is er een gezellige eetruimte voor de mede-werkers ingericht. Op het aansluitende terras kunnen ze genieten van het zicht op de tuin. De kantoren zijn eerder privaat, maar de begane grond heeft een publiek karakter. De congresruimtes – drie zalen die afzonderlijk én samen als conferentieruimte kunnen fungeren – en het huisrestaurant staan open voor derden. Napraten kan in de break-outruimte.

Bouwhonger nog niet gestild

Volgend jaar wil De Ceuster weer bouwen op dezelfde site. Het broedt op een nieuw complex voor onderzoek en ontwikkeling en de aanleg van testtuinen en -serres. De afdeling onderzoek en ontwikkeling van De Ceuster Biosciences en het eigen non-profitonderzoeksinstituut Scientia Terrae, die nu nog gevestigd zijn in Sint-Katelijne-Waver, verhuizen dan naar Grobbendonk.

De Ceuster doet niet alleen aan onderzoek en ontwikkeling voor zijn eigen producten, maar ook op vraag van derden, in Scientia Terrae. Daar heeft het onder meer al een vaccin tegen een tomatenziekte ontwikkeld en een DNA-multiscan om snel en efficiënt plantenziektes op te sporen.   

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details