Platform voor de bouw
KMSKA klaar voor 21ste eeuw
Het museum werd in 1890 opgetrokken in classicistische stijl.

KMSKA klaar voor 21ste eeuw

Eind september heropende het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen (KMSKA) zijn deuren voor het grote publiek. Wegens de grootscheepse renovatie- en uitbreidingswerken was het meer dan tien jaar gesloten. Intussen is het gebouw niet alleen gerenoveerd en uitgebreid, maar is ook het museumconcept grondig herdacht.

De bestaande vleugels behouden hun classicistische en barokke uitstraling.

Het museumgebouw, in fors classicistische stijl, werd opgetrokken in 1890, toen ook de omliggende wijk gloednieuw was. Maar ondanks zijn collectie met wereldallure had het KMSKA aan het einde van de twintigste eeuw nauwelijks uitstraling. Het toenmalige beleid had weinig tot geen aandacht voor publiekswerking, waardoor het museum vooral een hobbykamer voor kunstwetenschappers was geworden. Dat is nu helemaal anders. In het nieuwe concept staat de bezoeker centraal. Daarmee sluit het KMSKA aan bij de huidige museale tendensen. De tickets vliegen dan ook de deur uit.

De uitgevoerde renovatiewerken kaderen in een integraal masterplan voor de hele site, met inbegrip van de tuin. Dit plan is gebaseerd op een maximaal respect voor het beschermde, negentiende-eeuwse museumgebouw en op de hedendaagse uitbreiding ervan, aangepast aan de huidige museumnormen.

Alle bestaande zalen kregen een nieuw glazen plafond.

Diepe kleuren

De toenemende vervuiling had de gevels een eentonig, grijs uitzicht gegeven. De restauratie maakte de diversiteit aan gebruikte soorten natuursteen weer zichtbaar. Binnen kregen de historische museumzalen hun oorspronkelijke diepe kleuren terug. Het houtwerk en de plafonds zijn er hersteld met traditionele materialen en technieken. Verschillende tentoonstellingszalen hadden in de loop der jaren noodgedwongen nieuwe functies gekregen als depot, restauratieatelier of kantoor, waardoor ze ontoegankelijk werden voor het publiek en er minder plek was voor kunst. De restaurateurs maakten de oorspronkelijke looproute uit 1890 weer vrij. Tijdens de werken werd duidelijk dat er nogal wat asbest in het gebouw zat, met een intensieve asbestsanering tot gevolg.

In de nieuwe zalen op de topverdieping zorgen 198 driehoekige dakkoepels voor de nodige daglichttoetreding.

Forse uitbreiding

Dankzij de uitbreiding kan het museum niet alleen veel meer kunstwerken tentoonstellen dan vroeger, het kampt ook niet meer met een tekort aan ruimte om de uitgebreide reserves te stockeren. Buiten merk je weinig van de uitbreiding, want op de vroegere binnenplaatsen is een complexe, 1000 ton zware staalstructuur opgetrokken, tot boven de oorspronkelijke dakhoogte. Dit nieuwe volume – een ontwerp van KAAN Architecten – levert 40 % extra ruimte op en zorgt voor een eigentijdse beleving. De architecten gingen resoluut voor een inbreiding in de vorm van tien hedendaagse zalen op de plaatsen van vier vroegere patio’s. In de nieuwe zalen regeert asymmetrie, waarbij hoogte, volume en lichtinval variëren. De ruimtes zijn sterk verticaal georiënteerd en zorgen achter elke hoek voor een verrassing.

De dakstructuur voorziet alle niveaus van het nieuwe gedeelte van natuurlijk daglicht. Om de nieuwe vleugels te bereiken, is een beperkt deel van het bestaande volume opgeofferd voor nieuwe trappenpartijen. Die zijn net als de extra zalen op een erg uitgekiende manier ingeplant, zodat er mooie zichtlijnen en een passende daglichtinval tot stand kwamen. Daaraan dragen ook de 198 driehoekige dakkoepels in de nieuwbouw bij.

Stairway to heaven

Een rechtdoorgaande trap van 37 lopende meter en 103 treden – die zeer toepasselijk de ‘stairway to heaven’ genoemd wordt – overbrugt een hoogteverschil van 22 meter. Hij verbindt de nieuwe zalen op de eerste verdieping met die op de bovenste verdieping. Die bovenste laag steunt als een tafelblad op de vier poten van de patio’s. Op een tussenverdieping creëerde KAAN Architecten donkere kabinetten in een intens nachtblauw, bedoeld voor de kwetsbaardere kunst in de collectie zoals etsen, tekeningen, schetsen en kleinsculptuur. Ze worden gedempt belicht door de vides.

Voor de sluiting van het museum was de collectie verspreid over zeven depots. Onder andere de oorspronkelijke bomvrije bunker en de atoomkluis uit de Koude Oorlog verdwenen. De pneumatische hamer van Artes Group moest voor de afbraak ervan 1.350 ton beton en 81 ton staal overwinnen. Het nieuwe depot telt twee verdiepingen en bevat 3.660 m² schilderijenrekken. De ruimte is
stof- en trillingvrij en pronkt met een hypermoderne klimaatregeling.   

Achter elke hoek schuilt een nieuwe verrassing.

Beleving
Het over twee verdiepingen gespreide grand café ‘Madonna’ verandert na de openingsuren van het museum in een ‘fine dining’-concept. Er is uiteraard ook een ruime museumwinkel ingericht, inclusief afzonderlijke koffiehoek. Dankzij een aantal akoestische ingrepen kan het museum nu een eenentwintigste-eeuwse muzikale beleving bieden. De nieuwe schilderijenlift kan panelen van 5 x 5 meter dragen. Dit verhoogt de flexibiliteit van toekomstige exposities. In het verleden stuitte het KMSKA weleens op een weigering wanneer het stukken in bruikleen vroeg. Nu voldoet het aan de hoogste eisen inzake binnenklimaat, zodat het stukken uit heel de wereld kan exposeren in ideale omstandigheden. De vernieuwing beperkt zich niet tot bouwkundige en technische aspecten. Tegenwoordig mag je al eens lachen in een kunstmuseum. Zo hangt een schilderij met portretten van dronkenlappen niet toevallig scheef.

Topstukken
Het KMSKA beheert een topcollectie beeldende kunst uit de Zuidelijke Nederlanden van de veertiende tot de twintigste eeuw, met in het bijzonder de Antwerpse barok en ‘s werelds grootste verzameling van James Ensor en Rik Wouters. Zowat 39 % van de museumcollectie komt uit schenkingen en legaten. De belangrijkste schenker is voormalig burgemeester Florent van Ertborn (1784-1840). In zijn tijd was de barok, met Peter-Paul Rubens als uitschieter, superpopulair. Van Ertborn keek al verder en bouwde een collectie uit met 106 minder populaire werken uit de late middeleeuwen. Hij mikte daarbij op werken die in hun ontstaansperiode innovatief waren. Zo komt het dat je ettelijke van deze werken niet alleen in Antwerpen kan zien, maar ook in elk degelijk overzichtswerk van de westerse kunstgeschiedenis. Het absolute visitekaartje naar de huidige smaak is de Madonna van Fouquet. Tijdens de jarenlange sluiting waren heel wat kunstwerken wereldwijd uitgeleend. Dit versterkte de internationale uitstraling van het Antwerpse museum.

Mogensen Parketvloeren – Parket, sierboorden en traptreden

Mogensen Parketvloeren legt zich sterk toe op erfgoedgebouwen. Het bedrijf uit Kaprijke werkte al mee aan De Bijloke in Gent, het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in Tervuren en de Muntschouwburg in Brussel. Maar als paradepaardje vernoemt zaakvoerder Steven Mogensen toch de werken in het KMSKA. “Aanvankelijk was ons alleen gevraagd om de bestaande parketvloeren grondig te reinigen”, legt hij uit. “Maar algauw bleek dat het parket het in de loop der jaren zwaar te verduren had gekregen. We moesten het volledig opschuren en oliën. Bovendien moesten we heelder stroken wegnemen en herplaatsen, omdat de nieuwe verwarmingselementen zich centraal in de zalen bevinden en hiervoor nieuwe leidingen nodig waren.” De originele, 22 mm dikke massief eiken parketvloer was – zoals destijds gebruikelijk was – op een laag pek gekleefd. “Dat gebeurt vandaag niet meer. Nieuwe en herplaatste stroken hebben we met een tweecomponentenlijm aan de vloer vastgekit.” Het grootste werk was het deels vervangen en deels verplaatsen van de meerlagige sierboorden, panelen van 120 op 50 cm. “Op sommige plaatsen was de toplaag helemaal verdwenen. Elders vergde de verplaatsing van binnenmuren ook die van de sierboorden. Waar nodig hebben we het hout bijgekleurd.” In totaal legde Mogensen ongeveer 600 m² nieuw parket aan én plaatste het de houten treden op de nieuwe stalen trappen.

Reppel Building Solutions – Vloerwapeningsplaten

Toen de renovatie van het KMSKA in 2012 van start ging, werden er hoofdzakelijk sloop-, ruwbouw- en voorbereidende werken uitgevoerd. Een van die werken was de ontmanteling van de centrale bunker, die bestand was tegen nucleaire aanvallen. “Hij moest worden vervangen door een high-end geklimatiseerde ruimte voor de opslag van kunstwerken”, vertelt Jan Hofman, verantwoordelijke voor de Belgische markt bij het Nederlandse Reppel Building Solutions (Dordrecht). “We leverden voor deze ruimte circa 600 m² Lewis-zwaluwstaartplaten. Die vormen de basis voor de nieuwe draagvloer.” Reppel leverde eveneens de Hody 60-trapeziumplaten voor latere fases van de renovatie. Met beide types wapeningsplaten worden in combinatie met een betonnen opstort of met een druklaag staalplaatbetonvloeren geconstrueerd. “Momenteel leveren we de Hody-profielen ook voor een ander iconisch gebouw in Antwerpen: de Boerentoren. Daar gaat het om in totaal 16.000 m².” In vergelijking met andere oplossingen hebben Lewis- en Hody- vloeren meestal een veel lagere opbouwhoogte, waardoor ze minder wegen. “Dit beperkt het materiaalgebruik en de werktijd”, aldus Hofman. Reppel beschikt over een eigen engineeringafdeling. “Daar bekijken we voor elke opdracht met welk vloersysteem en op welke manier we de beste oplossing kunnen aanreiken.”

Vervuiling behoort tot het verleden

Het gebruik van loodhoudende benzine is in Europa al aan het einde van vorige eeuw stopgezet, maar heel wat gebouwen dragen nog altijd de sporen van tientallen jaren blootstelling aan de vervuilende deeltjes. Remmers ontwikkelde met Clean Galena een veilige, doeltreffende en makkelijk toepasbare methode om deze en andere vervuiling te verwijderen. De restauratie van het KMSKA bood de gelegenheid om dit product op grote schaal in te zetten in België.

Tekst Koen Mortelmans   |   Beeld Remmers

“We hebben Clean Galena ontwikkeld op vraag van de Franse markt”, vertelt sales director building Ruben Vugteveen. “Frankrijk telt veel historische gebouwen in kalksteen. De naam Galena is afgeleid van het Griekse woord voor zacht. Clean Galena is niet alleen uitermate geschikt voor de verwijdering van lood op kalksteen, we kunnen er ook goed andere metaalvervuiling – zoals vlekken veroorzaakt door ijzer of koper – mee aanpakken. En ook op andere soorten natuursteen.”

Clean Galena werd aangebracht op de fries aan de noordgevel van het KMSKA.

Pasta op kleibasis

Clean Galena is een pasta op kleibasis. “Je kan hem aanbrengen met een spatel of, op grotere oppervlakken, met traditionele verfspuitapparatuur. Daarna vormt hij een soort kompres op de steen. Je moet vooraf wel de te behandelen zones natspuiten. Dit voorkomt dat het materiaal te diep in de poriën van de steen dringt. Het waterverbruik ligt veel lager dan bij bijvoorbeeld zandstralen.”

Het reinigingsproduct wordt aangebracht in een 2 mm dikke laag. “Zo verbruik je op een vlakke wand slechts 2,5 tot 3 kg per vierkante meter.” In Antwerpen werd de gebeeldhouwde fries op de noordgevel van het museum gereinigd met Clean Galena. “Na het aanbrengen van de pasta volstond het om hem twee of drie dagen te laten drogen. Tegen dan had hij het vuil uit de steen getrokken en zelf opgenomen en begon hij te craqueleren. De medewerkers van hoofdaannemer Artes konden hem dan afpellen en het opgedroogde kompres bij het bouwafval deponeren. De vervuiling verdween helemaal, terwijl het patina van de natuursteen behouden bleef. Onze slagzin luidt dan ook ‘zo delicaat als mogelijk, zo intensief als noodzakelijk’.   

TECHNISCHE FICHE
  • Bouwheer Vlaamse overheid – Departement Cultuur, Jeugd en Media (Brussel)
  • Gemandateerd bouwheer Vlaamse overheid – Het Facilitair Bedrijf (Brussel)
  • Architect KAAN Architecten (Rotterdam, Nederland)
  • Hoofdaannemer(s) THV Artes Roegiers (Kruibeke) – Artes Woudenberg (Brugge)

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details