Passieve en nulenergiewoningen vragen om doordachte ingrepen. Studiebureau Boydens bracht de noodzakelijke energiebesparingen in kaart én zette er concrete oplossingen tegenover. Vooral het gezamenlijke warmtenet heeft een grote invloed op de zuinigheid van het volledige project.
Passieve en nulenergiewoningen vragen om doordachte ingrepen. Studiebureau Boydens bracht de noodzakelijke energiebesparingen in kaart én zette er concrete oplossingen tegenover. Vooral het gezamenlijke warmtenet heeft een grote invloed op de zuinigheid van het volledige project.
De duurzame wijk Tivoli GreenCity slaagde erin om zijn ambitieuze doelstellingen waar te maken: van de circa vierhonderd woningen is 30 procent energieneutraal. Ook de twee kinderdagverblijven, de commerciële ruimtes en kantoorgebouwen springen zuinig om met energie. Boydens voegde slimme systemen toe om die energie-efficiëntie te kunnen controleren en optimaliseren. Tijdens de werkzaamheden werd het technische concept op punt gesteld in samenwerking met de verschillende bouwpartners, om zo aan te sluiten bij de vooropgestelde doelstellingen op architecturaal, stedelijk en maatschappelijk vlak.
Het project is gebaseerd op het stadsverwarmingsmodel, al is het warmtenet specifiek ontworpen op schaal van de gebouwen binnen Tivoli GreenCity. In een centrale stookruimte wordt de warmte voor alle units geproduceerd. Vervolgens verdeelt het netwerk die warmte via onder-stations naar de verschillende gebouwen voor de plaatselijke ruimte-verwarming en de productie van sanitair warm water.
De warmte wordt op een centraal punt gegenereerd aan de hand van milieuvriendelijke systemen en verlaagt de CO2-uitstoot drastisch. Zo introduceerde Boydens warmteopwekkers die niet met fossiele brandstoffen werken, zoals een pelletketel. Het gebruik van geperste houtkorrels voor deze ketel is vijf keer goedkoper dan elektriciteit en de helft voordeliger dan gas. Bovendien stoot een pelletketel tot vijftien keer minder CO2 uit dan gas. Een hernieuwbare brandstof van formaat, dus.
Daarnaast produceert een warmtekrachtkoppelingsinstallatie gelijktijdig warmte en elektriciteit. In vergelijking met aparte productiecircuits wordt er tot 20 procent brandstof bespaard, vermindert de uitstoot en daalt de energiefactuur.
Dankzij de implementatie van fotovoltaïsche panelen wordt de wijk voorzien van hernieuwbare elektrische energie en werden de passieve en nulenergiecriteria voor huisvesting behaald. De zonnecellen voeden een groot deel van de site en maken de gemeenschappelijke ruimtes in het project een groot deel van het jaar ‘zero-energy’ op elektrisch vlak. Een duurzame energieproductie is pas nuttig als het verbruik op woningniveau maximaal wordt teruggedrongen. Dit gebeurt onder meer via zeer goed geïsoleerde appartementen met grote raampartijen en de meest geschikte oriëntatie, die zowel het natuurlijk licht als de warmte van de zon maximaal integreren in de woonruimtes.
Ook de ventilatiesystemen en het waterbeheer ondersteunen het duurzame karakter van de wijk. De woningen zijn uitgerust met mechanische pulsie en extractie, waardoor een uitstekende luchtkwaliteit gekoppeld wordt aan warmterecuperatie (minstens 80 procent van de energie wordt ‘teruggewonnen’ uit de buitenlucht). Dampkappen recycleren de afgevoerde lucht met behulp van actieve koolstoffilters, waardoor er geen grote verliezen optreden ten gevolge van luchtlekkage door een klassieke dampkapafvoer. Regen- en afvalwater – uit douches en keukens – worden op hun beurt opgevangen, gefilterd, behandeld,en opnieuw gebruikt voor het doorspoelen van toiletten, het schoonmaken van de gemeenschappelijke ruimtes en het irrigeren van de groene zones.