Platform voor de bouw
Eigentijds woon- en logeercomplex in erfgoedomgeving
Een deel van het oorspronkelijke perceel is opgenomen in het openbaar domein. (Beeld: Binst Architects)

Eigentijds woon- en logeercomplex in erfgoedomgeving

Initium is een van de recentste bouwprojecten in de heroplevende Antwerpse stationsbuurt. Op een van de hoeken van de vijfsprong van de Plantin- en Moretuslei met diverse andere straten werd in het kader hiervan een appartementsgebouw annex hotel opgetrokken dat optimaal is ingebed in het omringende stadsweefsel.

De Plantin- en Moretuslei is een van de belangrijkste invalswegen naar het stadscentrum. De bestaande bebouwing dateert er overwegend uit de periode 1890-1940, met flink wat art deco. Maar het perceel in kwestie lag al meer dan dertig jaar braak, zodat er voor de start van de eigenlijke bouwwerken heel wat opgeschoten groen en rommel moest worden verwijderd. Het bleek ook nodig om een kleine hoeveelheid vervuild bodemmateriaal af te voeren voor sanering.

Stad Antwerpen knotte – na een grondruil met de projectontwikkelaar – de al lichtjes afgeknotte hoek verder af om extra ruimte te scheppen voor de oversteek van het kruispunt door de tram en een beetje pleinruimte tot stand te brengen. Dit beperkte wel de speelruimte van de architecten. Doordat de nieuwe trambedding al was aangelegd voor de bouw van Initium begon, legde het ook strakke logistieke beperkingen op aan aannemer MBG. “We kregen gedurende de werken wel tijdelijk een strook van een rijvak ter beschikking, maar tijdens het betonstorten was 25 op 3,5 meter toch behoorlijk krap”, blikt projectleider Stefan Paredaens terug. “En door de kleine units waren de mogelijkheden voor het stockeren van materiaal in het gebouw zelf sterk beperkt. Gelukkig kregen we hiervoor meer ruimte zodra het dak van de gelijkvloerse binnenzone er lag.”

De gevelgeleding geeft Initium een dynamisch uitzicht. (Beeld: Binst Architects)

Woontribune

De architecten moesten in hun ontwerp rekening houden met de verschillen in bouwhoogte tussen de eerder monumentale Plantin- en Moretuslei en de veel bescheidener allures van de Provinciestraat. “Daarom hebben we het nieuwe gebouwencomplex opgevat als een woontribune in getrapte schakeling, met een in zaagtandpatroon gelede, als een soort paravent gevouwen gevel”, vertelt Robert Osinga, projectarchitect bij Binst Architects. “We bouwden langs beide straten tegen de bestaande wachtgevels aan om het stedelijk weefsel optimaal te vervolledigen.”

“Aansluitend op het als stadszicht beschermde deel van de omgeving kozen we voor een uitwerking in gevelbaksteen van groot formaat, bijna 30 op 5 cm. In combinatie met de gekozen lichte tint harmoniseert dit met de bij de buren gebruikte zandsteen. We lieten de gevelstenen stootvoegloos metselen, zodat de horizontale lintvoeg zich scherper aftekent. Bovendien brachten we op elk niveau een accentlaag aan, in de vorm van geprofileerde vloerbanden in architectonisch beton, in tint toon-op-toon met het gevelmetselwerk. Het polijsten van het beton maakte de granulaten goed zichtbaar, wat het minerale karakter van de gevel verder versterkt.” Het donkerkleurige buitenschrijnwerk is gecombineerd met expressief en gedetailleerd spijlenwerk.

Het hotelgedeelte langs de Plantin- en Moretuslei reikt negen bouwlagen hoog. “Het hotel telt zeventig kamers. Qua hoogte sluit het perfect aan bij het naburige Arass Hotel & Business Flats. Het nieuwe hotel is deels afgestemd op langdurig verblijf. Daarom zijn verschillende kamers uitgerust met een stevige basis aan keukeninfrastructuur.”

De aanwezige keukeninfrastructuur maakt een aantal hotelkamers geschikt voor langdurig verblijf. (Beeld: Adagio Aparthotel )

Sterke leefervaring

Het hoogste volume met appartementen, op de hoek, telt tien bouwlagen. Het hoogteaccent is er als kroon uitgewerkt, met duplexen op de twee hoogste niveaus. De mix van appartementen richt zich vooral tot starters. “Dit kan een soort kruisbestuiving met het hotel genereren. Het gaat om acht studio’s, 48 appartementen met één slaapkamer, tien met twee slaapkamers en slechts twee met drie slaapkamers. Hun oppervlakte varieert van 50 tot 130 m². “Bijkomende belevingsruimtes vormen de basis van een sterke leefervaring: een collectieve tuin met relaxzone, een fitness, een wassalon en commerciële plint van 400 m². Het hotel nam meteen het grootste deel van de plint in om er zijn ontbijtzaal in onder te brengen. Zo verzekerde het meteen een basis aan levendigheid in en interactie met de omgeving.” De grotendeels beglaasde plint wordt geleed door robuuste penanten in beton, die doorgetrokken zijn vanuit de bovenbouw. Qua materialisatie zijn deze penanten identiek aan de betonnen vloerbanden.

Het getrapte en gelede karakter van het gebouw maakt dat de drie segmenten voor de appartementen elk een soort ‘community’ vormen. “Op het dak van elk segment wordt een gemeenschappelijk extensief groendak aangelegd. En het dak van het volledig bebouwde gelijkvloerse niveau wordt een intensief groendak.”

De Plantin- en Moretuslei is een van de belangrijkste invalswegen naar het stadscentrum. (Beeld: Binst Architects)

Rasterpatroon

De afwisseling van buitenschrijnwerk en metselwerk van het hotel volgt een strak, helder grid. “Hier combineerden we een grijze gevelsteen met donkerkleurig aluminium buitenschrijnwerk. Om de gevelexpressie te versterken, plaatsen we de ramen dieperliggend. Zo konden we de hotelkamers een smal balkon geven”, legt Robert Osinga uit.

“De binnenmuren van het hotel hebben we opgetrokken in kalkzandsteen en gipskarton”, geeft Paredaens mee. “In de appartementen hebben we kalkzandsteen en gipsblokken gebruikt. Dit verbetert de akoestische isolatie. Het hotel vroeg ook specifiek naar vasttapijt als vloerbekleding in de gangen. De kamervloeren bestaan er uit pvc. Belangrijk is dat hier ook de dagkanten van de ramen akoestisch geïsoleerd zijn én dat elke kamer over een zwaar akoestisch geïsoleerde deur beschikt. Mathieu van der Poel kan hier met een gerust hart komen logeren.” De kopers van de appartementen konden individueel een afwerkingspakket kiezen, naargelang het budget dat ze wensten te besteden.

De gemeenschappelijke stalling voor 194 fietsen bevindt zich op de begane grond, de parking voor 97 wagens op twee ondergrondse niveaus. “We hebben de in- en uitrit van de parking zover mogelijk van het kruispunt ingeplant om eventuele wederzijdse hinder te minimaliseren”, aldus de projectarchitect.    

TECHNISCHE FICHE
  • Bouwheer Candor (Brussel)
  • Architect Binst Architects (Antwerpen)
  • Hoofdaannemer(s) MBG (Antwerpen)

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details

Kunnen we je helpen met zoeken?