Platform voor de bouw
Studiebureau trots op voorbeeldprojecten

Studiebureau trots op voorbeeldprojecten

Doorgedreven specialisatie, een uitgebouwde visie op duurzaamheid en ervaring in de meest uiteenlopende sectoren. Het Herentse studiebureau RCR is trots op de projecten die het de voorbije jaren op basis van die sterktes heeft gerealiseerd. Wij spraken met Jan Van den Bergh, zaakvoerder van RCR, over drie mooie referenties van diverse pluimage.

Het eerste project dat ter sprake komt, is woonzorgcentrum Hoevezavel in Lommel, waar RCR een aantal vooruitstrevende technieken combineerde. “We pasten betonkernactivering toe, aangesloten op een bodemwarmtepomp met een KWO-installatie”, zegt Van den Bergh. “Het binnenklimaat van zo’n woonzorgcentrum moet behoorlijk constant zijn, want er is daar dag en nacht bezetting. De ‘traagheid’ van betonkernactivering past perfect in zo’n concept.”

Verder zorgt een WKK-installatie voor de productie van sanitair warm water en besliste de gemeente om zonnepanelen te installeren op het grote dak­oppervlak van het gebouw. Van den Bergh: “Wij proberen elk project zo veel mogelijk in een duurzame richting te sturen. Dat is natuurlijk niet elk gebouw gegeven. Energie uit de bodem kan bijvoorbeeld niet overal, of de terugverdientijd van zulke technologieën is niet interessant. Maar het is wel ons uitgangspunt voor elk project.”

StartupVillage in Antwerpen. “We zijn erg trots op dit project omdat we oplossingen vonden voor de technieken, terwijl we de authenticiteit van het gebouw toch maximaal respecteerden”, aldus Van den Bergh.

Renovatie en restauratie

Een heel ander referentieproject voor RCR is Start-upVillage in Antwerpen. RCR ondersteunde daar de transformatie van een achttiende-eeuws herenhuis – met daarachter een schoolgebouw – in een kantoorruimte voor start-ups en kleine groeibedrijven. “Het schoolcomplex, met grotere lokalen, is opgevat als landschapskantoor voor de bedrijven die al iets groter zijn”, zegt Van den Bergh. “De technieken zitten dus in het zicht. Denk aan kabelgoten in het plafond met verplaatsbare zuilen op de vloer. Daarop kunnen gebruikers de werkplekken aansluiten. Daarnaast vernieuwden we de verwarmingsinstallatie, maar we lieten de radiatoren staan om de bestaande uitstraling te behouden en binnen het budget te blijven.”

In het herenhuis zelf kwam wel een volledig nieuwe verwarmingsinstallatie en een ventilatiesysteem. Dat was niet eenvoudig, tussen al de beschermde parketvloeren en sterk gedecoreerde plafonds. “We konden daar niet zomaar doen wat we wilden”, herinnert Van den Bergh zich. “De ventilatiekanalen, toch al snel 30 op 50 centimeter, moesten mooi verwerkt worden.”

Authenticiteit respecteren

RCR deed dat voor de grootste kanalen door een schacht naast de eveneens nieuwe lift te plaatsen. Verder respecteerde het bedrijf de logica van het oude herenhuis. Het gelijkvloers, waar vroeger het personeel verbleef en de berg- en secundaire ruimtes ingericht waren, werd de bestemming voor het sanitair. Het plafond is er ook redelijk laag om plaats te maken voor de ventilatiekanalen die de salons daarboven verluchten. In die bovenliggende ruimtes zijn daardoor ook weinig technieken te bespeuren. De typische grote schouwen gebruikte RCR ten slotte voor de integratie van de afvoerkanalen. Van den Bergh: “We zijn erg trots op dit project omdat we oplossingen vonden voor de technieken, terwijl we de authenticiteit van het gebouw toch maximaal respecteerden.”

Sociale woningbouw

Een derde sector waarin RCR sterk staat, is de sociale woningbouw. Begin 2019 leverde het studiebureau mee Klein Rijsel op, een project met 67 sociale en starterswoningen vlak bij het station van Leuven. Van den Bergh licht er vooral de ventilatie uit. “Voor de sociale woningen bestond de uitdaging erin om binnen de budgetten van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen te blijven, met liefst zo weinig mogelijk mechanische delen om het onderhoud te beperken. Daarom kozen we voor een A+-systeem: natuurlijke ventilatie via schouwen, met toegang via gemotoriseerde roosters die werken op basis van aanwezigheid of vocht.” In de starterswoningen kon RCR volop voor duurzaamheid kiezen. Daar zorgt een D-systeem met warmterecuperatie voor de verluchting. Heel het complex – vijf appartementsblokken – heeft verder twee gemeenschappelijke stookplaatsen. Dat is energetisch interessant omdat ze minder overgedimensioneerd moeten worden, met een gunstige invloed op het rendement. Ook typisch voor sociale woningbouw: een zonneboiler om het sanitair warm water aan te maken, met een aantal panelen op het dak en grote buffervaten in de technische ruimte. RCR voorzag de ondergrondse parking ook van een RWA-installatie, die de gassen via een tunnel in de buitenaanleg naar de nabijgelegen spoorwegberm leidt. “De grootste uitdaging bij zulke projecten is de technische installatie in het gebouw krijgen”, zegt Van den Bergh.  “De toegestane oppervlaktes voor sociale woningen zijn beperkt, zeker voor bergruimtes. De technieken die daarin horen, moeten dus ook erg compact zijn. Dat was een moeilijke puzzel.”

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details