Platform voor de bouw
Rondetafelgesprek: de toekomst van hout in de bouw
Van links naar rechts: Damien Maelfait (M4 architecten en ingenieurs bv), Dries Desmijter (stabiliteitsbureau BeHeCon), Piet Vanthournout (Fedustria), Chris De Roock (WOOD.BE).

Rondetafelgesprek: de toekomst van hout in de bouw

Langzaam maar zeker wint houtbouw aan terrein in Vlaanderen. Wat is de sleutel voor geslaagde toepassingen? Waar kan de sector nog stappen vooruit zetten? Experts geven hun visie tijdens dit rondetafelgesprek. De interessante reflecties die eruit voortvloeien, lees je hier.

DEELNEMERS:
– Dries Desmijter (stabiliteitsbureau BeHeCon);
– Chris De Roock (WOOD.BE, het kennis-centrum voor de hout en meubelindustrie);
– Damien Maelfait, ingenieur-architect (M4 architecten en ingenieurs bv);
– Piet Vanthournout, milieu- en technisch adviseur (Fedustria, de sectorfederatie voor textiel-, hout- en meubelindustrie).

MODERATOR:
Bavo Boutsen (The Content Company)

Houtbouw versus traditionele bouwmethoden. Waarin verschilt het bouwproces? 

Unaniem: “De trend naar kortere bouwtijden zet zich door. Houtskeletbouw en houtmassiefbouw (CLT) zijn hiervoor zeer geschikt. Modulaire structuren worden in de fabriek geproduceerd, om ze daarna naar de bouwplaats te transporteren en te monteren. Dit levert een aanzienlijke tijdswinst op en vereenvoudigt de logistieke processen op de werf. Alles wordt minutieus voorbereid, wat dan weer resulteert in hoogwaardige kwaliteit.”

Dries: “Houtskeletbouw en CLT maken een snellere ingebruikname mogelijk. Een onmiskenbaar voordeel voor ziekenhuizen, zorgcentra, enzovoort.”

Piet: “Voor de volledigheid: stapel-, palen- en balkenbouw vormen eveneens innovatieve houtbouwtechnieken. Per methode in detail treden, zou ons vandaag echter te ver leiden.”

Boeiende gesprekken tijdens het rondetafelgesprek in Brasserie Latem.

Zijn deze troeven al langer gekend binnen de bouwsector, of is deze kennis vrij nieuw? 

Dries: “De troeven zijn op zich niet nieuw. Al komen er steeds meer geavanceerdere toepassingen bij, zoals computergestuurde 2D- en 3D-technieken. Dit garandeert een zeer hoge graad van afwerking. Alle technieken kunnen prefab voorzien worden off-site.” 

Is hout qua prijs concurrentieel als bouwmateriaal? Is dit de afgelopen jaren veranderd?

Damien: Het is een goede zaak dat de concurrentie meer en meer begint te spelen. Hierdoor wordt de prijs toegankelijker voor kandidaat-bouwers of -verbouwers.”

Dries: “Terwijl de traditionele bouwsector sinds de energiecrisis net ongeziene prijsstijgingen kent. Dit levert de houtbouw een competitief voordeel op.” 

Hoe kan het een oplossing zijn voor het tekort aan mensen in de bouw? 

Damien: “De bouwsector kampt al geruime tijd met een personeelstekort. In die mate zelfs dat men werkkrachten aantrekt uit het buitenland: Portugal, Wit-Rusland, … Houtskeletbouw en houtmassiefbouw bieden ook op dat vlak een oplossing. Het hele productieproces vindt plaats in de fabriek onder de meest gunstige omstandigheden, meestal met behulp van geavanceerde CNC-gestuurde machines. In tegenstelling tot de traditionele bouw waar werknemers regelmatig in de kou en de regen staan. Ook bij strenge vorst kunnen de werkzaamheden gewoon doorgaan.”

Welke troeven kan houtbouw verder nog uitspelen? 

Chris: “De uitrol van de Vlaamse bouwshift is een feit. Binnen de bouwsector brengt deze verschuiving zowel uitdagingen als kansen met zich mee. Eengezinswoningen splitsen, in de hoogte bouwen, … het zijn duidelijke trends. Modulaire houtskeletbouw en CLT bieden hiervoor de beste uitkomst. Deze bouwmethodieken kenmerken zich namelijk door de lichte – maar toch sterke – materialen. Ook vaak gekozen omwille van het hernieuwbare karakter.”

Wat zijn de oorzaken voor het feit dat er in België relatief minder met hout gebouwd wordt?

Dries: “Het blijft kloppen op dezelfde nagel want een Belg is nu eenmaal geboren met een baksteen in de maag…”

“Een andere misvatting die vaak de kop opsteekt, is brandveiligheid. Terwijl wij als architecten en ingenieurs nauwlettend waken over de stabiliteit, de brandweerstand en de -klasse van de houtsoort. 

De brandbestendigheid – ofwel de mate waarin de bouwkundige constructie stand houdt – is evenwaardig aan die van traditioneel bouwen mits inachtneming van de juiste parameters. Zoals bijvoorbeeld overdimensionering om rekening te houden met de inbranding gedurende een zekere periode. Als het noodlot toch toeslaat, is het de buitenste laag die verkoolt en die zal een vertragende werking hebben op de verdere inbranding. Zo blijft de draagstructuur van houtconstructies in de meeste omstandigheden behouden.”

Damien: “Gelukkig is er een kentering merkbaar. Meer en meer bouwheren staan open voor houtbouw. Het feit dat het prijsverschil vandaag minder groot is, speelt hierbij een rol. Daarnaast merken we ook een mentaliteitswijziging bij brandweercommandanten.”

Dries: “Vandaag ben ik bij BeHeCon fulltime bezig met het uitdenken en berekenen van houtbouwprojecten, terwijl dit zich een paar jaar geleden slechts sporadisch voordeed. Zowel in de private als in de openbare sector merken wij een stijging. In het kader van een architectuurwedstrijd of aanbesteding voor de openbare sector, schuiven wij houtbouw maximaal naar voor. Dankzij een scherpe engineering bieden wij een concurrentiële prijs ten opzichte van een klassieke bouwmethode.” 

Hoe wordt houtbouw vandaag gepercipieerd in ons land? Wordt dit gezien als een duurzame manier van bouwen? Waarom (niet)? 

Chris: “Hout is een natuurlijk materiaal met isolerende eigenschappen. Hoewel de perceptie soms anders suggereert, is het in meer dan één opzicht een duurzame keuze. Tijdens de groei absorberen bomen CO2 uit de lucht en vormen een onmisbare schakel in de strijd tegen klimaatverandering. 

Volgens de Europese Commissie is 40 % van de totale CO2-uitstoot in Europa afkomstig van de bouw. Voorzitter Ursula von der Leyen heeft dan ook de ‘New European Bauhaus’-beweging gelanceerd, die innovatie in de bouw wil stimuleren en de CO2-uitstoot naar beneden wil halen, onder meer door het gebruik van hout en andere biogebaseerde materialen.”

Piet: “Voorwaarde is wel dat het hout afkomstig is uit duurzaam beheerde bossen. FSC en PEFC zijn de bekendste keurmerken op dat vlak. De Scandinavische landen genieten bijvoorbeeld een uitstekende reputatie, zowel wat het bedachtzaam rooien als het zorgvuldig herbebossen betreft. Er zijn tal van voorbeeldprojecten waarbij de biodiversiteit perfect intact blijft. Het gaat voor alle duidelijkheid dus niet om onverantwoorde ontbossing!” 

Experts geven hun visie vanuit hun eigen professionele achtergrond. Op de foto: Chris De Roock (WOOD.BE) en Piet Vanthournout (Fedustria).

Hoe kunnen we deze perceptie keren? Hoe kan houtbouw populairder gemaakt worden?

Chris: “Er is een opvallende trend richting bewuster wonen, waarbij men kiest voor gezonde bouwmaterialen. Hout past helemaal in dat plaatje. Nederlandse architecten, zoals Pablo van der Lugt of Daan Bruggink, hebben het regelmatig over de gezondheidsvoordelen van een biophilic en biobased bouwcultuur. Deze zijn gebaseerd op wetenschappelijke inzichten. Dit bouwconcept versterkt de link tussen mens en natuur, waarbij het gebruik van hout en andere biogebaseerde materialen een
sleutelrol speelt. De resultaten zijn verbazingwekkend: van positieve psychologische effecten op scholieren tot snellere genezingsprocessen bij patiënten. Het mag duidelijk zijn: woon-, zorg-, leer- en werkomgevingen met natuurelementen verhogen het welzijn.”

Waar zien jullie quick wins voor de toekomst? 

Chris: “Ik zie hierin een rol weggelegd voor het onderwijs. In hoeverre komen houttechnieken aan bod tijdens de opleidingen architectuur en burgerlijk ingenieur? Te weinig, toch? Al is er de jongste jaren wel beterschap. In Geel organiseert de Thomas More Hogeschool een bacheloropleiding houtbouw en de UHasselt besteedt veel aandacht aan houtbouw in de opleiding van industrieel ingenieurs bouwkunde. Maar het mag meer zijn. Investeren in talent, vormt een hefboom voor de toekomst.”

Piet: “Helemaal mee eens! Samenwerking is het sleutelwoord. Zowel met onderwijs- en opleidingspartners als stakeholders. Laten we ons buigen over wat we willen bereiken en wat we hiervoor nodig hebben.”

Wat kunnen we leren van de ons omringende landen, waar men deze bouwmethode wel meer toepast?

Damien: “In tal van Europese landen zijn houtbouwtechnieken erg gebruikelijk: Duitsland, Oostenrijk, Schotland, enzovoort. Niet toevallig bosrijke gebieden. In Nederland worden zowaar brandweerkazernes gebouwd in hout! Een overduidelijk teken dat een houten constructie heel goed voldoet aan de gestelde eisen van brandveiligheid.”

Piet: “Zelfs in het olympisch dorp, waar komende zomer de Spelen plaatsvinden, wordt gebruik gemaakt van houtbouw.”

In welke richting ontwikkelt de markt zich? Bavo brengt als moderator het gesprek op gang.

Wat kan de overheid doen om deze shift meer te maken? Is prijsregulatie een optie? 

Unaniem: “Prijsregulatie geniet niet meteen onze voorkeur omdat dit tot marktverstoring kan leiden. Maar laat het wel een stimulans zijn voor de overheid om zelf haar gebouwen biobased te (ver)bouwen. Of laten we kijken naar Duitsland, waar de overheid premies uitreikt voor bouwprojecten in hout. Blijft dit een utopie in Vlaanderen …?!”    

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details